Omtrent geloof: Ben ik wat ik heet?
Omtrent geloof: Ben ik wat ik heet?
Christen te heten, ach, dat is nog wel op te brengen. Je wordt niet met veel respect behandeld in onze maatschappij, maar uitgescholden word je ook niet. Maar leef je nu echt volgens de normen en vormen van Jezus? Dat valt nog maar te bezien.
Jezus kende eigenlijk maar twee normen: God liefhebben, met heel je ziel. En je naaste liefhebben. Wie zo leeft, in liefde voor God en de naaste, die is gevormd naar het beeld van onze Schepper, gemodelleerd volgens de normen van het koninkrijk van God.
Ben je ook werkelijk wat je heet? Dat is de vraag.
Voor je het weet zijn die twee niet in overeenstemming met elkaar: je naam en je leven. De bekende vorst Alexander de Grote kreeg eens te maken met een soldaat die zich misdroeg. De jongen wordt voor hem geleid en moest zeggen hoe hij heette:
“Alexander, majesteit.”
De koning keek hem bars aan en sprak: “Jongeman, het is één van tweeën: of je verandert je naam of je verandert je leven!” Het is niet van belang of je Kleermaker heet, maar of je een kleermaker bent. Iemand die zijn naaste kleden wil.
Het is niet van belang of je Kastelijn heet, maar of je kastelein bent. Iemand die zijn naaste te drinken geeft.
Het is niet van belang of je christen heet, maar of je christen bént. Iemand die God liefheeft, en zijn naaste als zichzelf.
Misschien kan het geen kwaad eens een uurtje na te denken over die ene vraag: ben ik werkelijk wat ik heet te zijn?
(uit: A.F. Troost, Lachen in de regen, Zoetermeer 2011, p.153-154)
|